Formas verbais no total: 52
Imperativos e particípios
Tegenwoordig en verleden deelwoord privatiserend
Tegenwoordig en verleden deelwoord geprivatiseerd
Tipo ik jij hij/zij/het wij jullie zij
Presens privatiseer privatiseert privatiseert privatiseren privatiseren privatiseren
Imperfect privatiseerde privatiseerde privatiseerde privatiseerden privatiseerden privatiseerden
Toekomende tijd I zal privatiseren zult privatiseren zal privatiseren zullen privatiseren zullen privatiseren zullen privatiseren
Conditionalis I zou privatiseren zou privatiseren zou privatiseren zouden privatiseren zouden privatiseren zouden privatiseren
Perfectum heb geprivatiseerd hebt geprivatiseerd heeft geprivatiseerd hebben geprivatiseerd hebben geprivatiseerd hebben geprivatiseerd
Voltooid verleden tijd had geprivatiseerd had geprivatiseerd had geprivatiseerd hadden geprivatiseerd hadden geprivatiseerd hadden geprivatiseerd
Toekomende tijd II zal geprivatiseerd hebben zult geprivatiseerd hebben zal geprivatiseerd hebben zullen geprivatiseerd hebben zullen geprivatiseerd hebben zullen geprivatiseerd hebben
Conditionalis II zou hebben geprivatiseerd zou hebben geprivatiseerd zou hebben geprivatiseerd zouden hebben geprivatiseerd zouden hebben geprivatiseerd zouden hebben geprivatiseerd
Imperatief - privatiseer - - privatiseert -

Verbos semelhantes a privatiseren

Verbos conjugados anteriores e posteriores privatiseren

« privatiseren »